De zilveren drie van Deventer
Uitbundig voorjaarsweer. De natuur vol vogelgezang. De bodem lijkt te exploderen van de uitbottende plantjes. Maar er kwam meer uit de grond.
Vervelend word ik als ik het opnieuw heb over de wonderbare grote akkers op de grens van Bussum en Huizen. Maar het lijkt ongelooflijk wat er door de metaaldetector, gehanteerd door o.a. Mark (mét vergunning), weer naar boven is gekomen. Dus enig enthousiasme is begrijpelijk. Een paar weken terug piepte Mark nota bene twee zilveren ruiterschellingen op. Zijn eerste exemplaren! Beide muntstukken uit de stad Deventer 1680. Niet van de allermooiste kwaliteit, maar toch … ze horen in elke piepverzameling. Vorige week zondag toog hij opnieuw op pad, want het stuk grond waar hij de zilvervondst deed was vers geploegd. Hopen op meer, natuurlijk. Mark zag dat een ander ook bezig was en gebaarde naar hem. Bleek een kennis te zijn. En wat hield deze in de uitgestrekte hand? Zilveren rijderschelling nummer 3! Uit welke stad? Deventer! Het vermoeden rees dat er op deze akker wellicht ooit een beursje terecht was gekomen, waarvan de inhoud in de loop der honderden jaren door het ploegen over het veld verspreid was! Mogelijk was ook het al gevonden klein zilvergeld (o.a. bezemstuivers) uit dezelfde bron afkomstig. Bewijzen valt er niks, maar erg spannend is het nog steeds!