Jeugdagent Heidi Plantinga hoopt dat alle jongeren met problemen haar weten te vinden.
Jeugdagent Heidi Plantinga hoopt dat alle jongeren met problemen haar weten te vinden. Foto: Bob Awick

'Ik ben er om de jeugd te helpen en niet om ze tegen te werken'

BUSSUM - Kindermishandeling, uithuisplaatsingen, weggelopen kinderen, lastige pubers, suïcidale tieners... het zijn zomaar een paar onderwerpen waar jeugdagent Heidi Plantinga regelmatig mee te maken heeft. Ze maakt vaak heftige situaties mee op haar werk, maar ze zit helemaal op haar plek bij het wijkteam Naarden-Bussum waar ze inmiddels een jaar of zeven alle zaken rondom kinderen toegewezen krijgt.

door Jessica de Jong

Ze oogt vrolijk met haar stoere politiepak en contrasterende roze nagels en dito horloge. "Mijn hart ligt bij de jeugd", vertelt ze. Plantinga werkte in het begin van haar politiecarrière nog achter de balie in Baarn, maar al snel had ze intensief contact met de jeugdagent. Toen er een vacature vrijkwam als jeugdagent aarzelde ze dan ook geen moment. "De afwisseling waar je als jeugdagent mee te maken hebt, maakt het werk zo leuk. Ik heb natuurlijk heel veel contacten. Niet alleen met kinderen en hun ouders, maar ook met instanties zoals de Raad voor de Kinderbescherming, jJongerenwerk van Versa en Bureau Jeugdzorg."
Plantinga is te spreken over de jeugd in Naarden en Bussum. "Ik vind dat we het best goed getroffen hebben met de jeugd. Natuurlijk spelen er wat zaken, maar het valt hier best mee. We zijn laatst met jongeren en mensen uit de buurt waar ze hangen in gesprek gegaan. Dat toont toch hun welwillendheid. Ik ben er om de jeugd te helpen en niet om ze tegen te werken. Dat weten ze ook. Ik wil alle jongeren leren kennen, want dat levert veel voordelen. Stel ik zie een groepje rondhangen en ze hebben troep op straat gemaakt, dan zie ik iemand die ik ken en zeg: "Piet, jullie ruimen dit op en jij bent hier verantwoordelijk voor." Dat werkt, want ze weten dat ik ze ken. Ik wil natuurlijk ook luisteren naar de jeugd, horen wat ze te zeggen hebben. Een vaste hangplek komt er denk ik niet in Naarden of Bussum, want je hebt te maken met steeds wisselende groepen hangjongeren die allemaal iets anders willen. En wat voor plek je ook zou aanbieden, het is toch nooit goed. De jongeren willen in het centrum hangen en niemand wil deze tieners voor hun deur hebben. Ik heb wel intensief contact met de medewerkers van Versa die inspelen op de actuele behoeftes."

Een groot gedeelte van het werk van Plantinga draait om goede contacten. "Stel er is een geval van huiselijk geweld. Zijn er kinderen bij betrokken, dan komt de zaak bij mij terecht. Ik heb nauw contact met de hulpverlening. Zo'n zaak laat ik vervolgens niet meer los. Ik ga niet afwachten tot het weer fout gaat, ik blijf in gesprek met probleemgezinnen. Soms spelen er ook andere problemen zoals bijvoorbeeld drugs of alcoholverslaving. Als ze je kennen, is het ook makkelijker om me te benaderen en andersom." Een ander voorbeeld van het belang om contact te houden is als ze een jonge winkeldief oppakt. "Heel soms is het uit baldadigheid of voor de kick dat er iets gestolen wordt. Maar vaak genoeg speelt er veel meer op de achtergrond. Ik probeer deze schreeuw om hulp op te vangen. Dus ook al wordt er na de aanhouding niet veel duidelijk, ik blijf contact houden zodat we elkaar leren kennen. Ik blijf zoeken naar mogelijkheden om alles op de rails te krijgen om te voorkomen dat ik zo'n winkeldief weer op het bureau aantref."
Wat Plantinga het zwaarst treft zijn de zogenoemde uithuisplaatsingen. "Het blijft tegen je gevoel in gaan om ouder en kind uit elkaar te halen. Over het algemeen krijgen we dan ook veel weerstand als deze maatregel genomen wordt. Maar heel soms is het ook fijn als de ouders hierdoor even wat lucht krijgen. Ik heb al heel veel van deze situaties meegemaakt en kan het daarom ook goed inschatten." Ook moeilijk vindt ze het wanneer een kind suïcidaal is. "Soms ligt er al een afscheidsbriefje. Dat kan heel heftig zijn. De ene keer is het een schreeuw om aandacht, maar het kan ook verkeerd aflopen. Bij een zelfmoordpoging kan het immers in één keer afgelopen zijn."
Het leukste aan haar werk vindt ze het wanneer iemand haar komt bedanken. "Dan heb je echt eer van je werk. Het is ook fijn wanneer ik iemand spreek die vertelt dat het na een slechte periode weer goed gaat. Zo werd ik gebeld door een moeder met een lastige puber. Ze wist niet meer wat ze met haar dochter aan moest. Dat is dan niet direct een politiezaak, maar ik hoor het aan en geef advies of verwijs door naar een hulpverleningsinstantie. Maar er is ook wel eens 's avonds laat aangeklopt bij het bureau. Dan staat er een tiener voor de deur om te kijken of ik er ben. Dat voelt goed dat ze je kennen en weten dat ze bij je terecht kunnen."
De jeugdagent biedt niet alleen hulp op straat en bij de mensen thuis, ze doet dit ook online. "Ik werk achter de chat van vraaghetdepolitie.nl. Deze website is speciaal voor jongeren gemaakt. Ze kunnen daar informatie vinden over uiteenlopende onderwerpen zoals pesten, drugs, overlast, loverboys, boetes en straffen. Op dinsdag en donderdag tussen 19.00 en 21.00 uur staat ook een chatteam klaar. Jongeren zoeken betrouwbare antwoorden en kunnen hier in de anonimiteit hun vragen stellen. Er komen voor ons ook veel zaken uit de chat. Denk daarbij bijvoorbeeld aan incestgevallen of huiselijk geweld. Online kunnen we door regelmatig te chatten, privé of in een groep, een band opbouwen en vertrouwen kweken. Je leert elkaar kennen, soms bellen we ook of zien we elkaar in het echt, waarna we een eventuele zaak kunnen oppakken." Regelmatig zijn er ook themachats. "Vanaf 1 januari mogen kinderen van 16 en 17 jaar geen alcohol meer kopen en drinken. Tijdens zo'n chat merk je dat veel van deze tieners het oneerlijk vinden en willen weten waarom het nu zo belangrijk is dat er niet meer gedronken wordt." Via de chat vinden ook veel jongeren haar weer op twitter onder de naam @Jeugdagent_NaBu. "Ook daar weten ze me te vinden en dat is goed. Voor jongeren vloeien online en offline in elkaar over. Ouders vragen hun kinderen vaak hoe het het op school was. Maar je zou ook moeten vragen: hoe is het op internet? Dat kan interessante gesprekken opleveren. Zo heb ik wel eens iemand gehad die zei: er is van me gestolen. Bleek het om spulletjes uit het online Habbo Hotel te gaan."

Plantinga is zelf 35 jaar en dat is wellicht een van de redenen waarom ze haar draai als jeugdagent heeft gevonden. Ze weet wat er leeft onder de jongeren en is zowel online als offline erg actief. Door haar inlevingsvermogen en misschien wel omdat ze ook zelf moeder is, doet ze er alles aan om kinderen en jongeren de helpende hand te bieden.