Afbeelding
Foto: Marian Beugelaar

Vliegende mierenleeuw

Merkwaardig woordgrapje. Géén leeuw die kan vliegen. Maar ook geen vliegende mier. Zie maar!

Lang geleden stelde ik u ook al eens voor aan de mierenleeuw en nu opnieuw, ditmaal de gevlekte. Het dier lijkt veel op een libel, maar is lang niet zo'n behendige vlieger en is zeker ook veel saaier van kleur. De larve van de mierenleeuw is een geslepen gemenerik die in rul zand een trechtervormig kuiltje graaft, dat wel wat weg heeft van een omgekeerde vulkaankegel. De larve heeft twee machtige kaken die hij net boven het zand van de bodem van het kuiltje, waar hij zich in heeft ingegraven, laat uitsteken. Komt er een mier op de trechterrand dan glijdt het diertje met het rulle zand mee naar omlaag. De kaken slaan dicht en de mierenleeuw kan eten. Soms slaagt de mier weer omhoog te krabbelen, maar dan kan de larve met zijn kaken zand omhoog mikken, precies op de mier. Dan is het wél raak, hoor! De larve gaat zich in het losse zand van de vangtrechter verpoppen, om er vervolgens na enige tijd uit te zien als een libel, die dan kan wegvliegen. Ze vliegen nogal onbehendig met relatief langzame en onregelmatige vleugelslag. Geen wonder dat ik zo'n dier, op weg naar de bloeiende vlinderstruik, redelijk makkelijk uit de lucht kon plukken. Vriendin Marian heeft er enkele macrofoto's van kunnen maken. Zoals gebruikelijk van grote zeggingskracht. Leuk om 'mierenleeuw' te googelen voor meer details.