'Ik viel op zijn grote mond'
BUSSUM Joop en Anny Heerschop zijn al zestig jaar samen en om dat heugelijke feit te vieren kwam burgemeester Han ter Heegde op visite. Het werd een geanimeerd gesprek, want het echtpaar Heerschop geniet grote bekendheid in Bussum.
De naam Heerschop is altijd verbonden geweest met de doe-het-zelfzaak Hubo en uiteraard met de Stichting Kinderen in Nood. Meneer en mevrouw kregen hiervoor eerder al beiden niet alleen de Bussumse vrijwilligersprijs de Kleine Johannes, maar ook koninklijke onderscheidingen. Nu kunnen ze ook de prestatie 'zestig jaar getrouwd' aanvinken. We ontmoeten een gedreven echtpaar dat nog steeds actief is in de samenleving.
Joop en Anny leerden elkaar kennen via de Katholieke Arbeiders Jeugd, een vereniging die veel activiteiten organiseerde. Mevrouw vertelt: "Ik kom uit een groot gezin en bij ons thuis kon alles. De voor- en achterkamer zaten vaak vol jongeren en ik bracht dan de koffie en thee rond." Zodoende leerde ze ook Joop kennen. "Hij versierde mij, hoor", lacht ze. "Ik viel op zijn grote mond. Dan stond hij tot laat in de gang de debatteren; dat vond ik zo knap hoe hij dat allemaal durfde." Joop vond Anny direct een leuke meid.
Het levensverhaal van Joop kent geen goed begin. "Mijn vader was in de oorlog overleden. Mijn moeder had zes kinderen en we leefden in pure armoede. We kregen eten uit de gaarkeuken en ik was zwaar ondervoed. Zo kwam het dat ik moest aansterken. Eerst zes weken in Limburg en daarna drie maanden in Zwitserland. In Zwitserland heb ik een grandioos leven gehad. Ik leerde er skiën, schaatsen en de taal. Ik ging erheen met één onderbroek en een pyjama en ik kwam terug met een volle koffer."
Later leert de moeder van Joop een nieuwe man kennen. "Mijn tweede vader liet zich overplaatsen naar Eindhoven. Ik was het daar niet mee eens en ging op de solex terug naar Bussum. Daar kwam ik Anny tegen onder het viaduct. En dat werd het begin van onze relatie." Het stel kwam in Bussum te wonen en kreeg vijf kinderen. Mevrouw verzorgde de kinderen, meneer runde de Hubo. De zaak verhuisde meerdere malen, tot de laatste locatie aan de Laarderweg. Daar - achter de voormalige winkel aan de Pebbels - zit nog steeds de Stichting Kinderen in Nood die het echtpaar heeft opgericht.
De stichting is ontstaan vanuit de wens van meneer om kinderen te helpen die in armoede leven. Hij wilde graag kinderen in Nederland halen om hier aan te sterken om iets terug te doen voor waar hij zelf zo veel baat bij heeft gehad. Maar al snel kwam het stel erachter dat kinderen beter in hun thuisland geholpen konden worden. "Mijn kleindochter zat bij een Roemeense juf op school. Via haar kwamen de eerste contacten tot stand. In een weeshuis lagen ze met drie kinderen in één bed, het vroor binnen, ze hadden helemaal niets." Er kwam een verlanglijstje en zo ging de eerste vrachtwagen op weg naar het Oostblok. Komende 8 november gaat het 200ste transport weg. Een feestelijk moment voor de stichting die dik 25 jaar bestaat. "We hebben in al die jaren zo veel spullen kunnen leveren: van doktersuitrustingen tot het meubilair van de Emmaschool dat op het komende transport wordt gezet. We hebben vrijwilligers die alles weten van inpakken, die sorteren en truien breien. Wel 75 mensen zetten zich hiervoor in." Zo blijft het echtpaar samen actief en op weg naar de volgende mijlpaal met elkaar én de stichting.