Directeur Igor Meuwese en secretaris Jaap Jan Bakker.
Directeur Igor Meuwese en secretaris Jaap Jan Bakker. Foto: Dick Jongerden

'Onze regio staat er goed voor,
maar er kan ook nog veel beter'

REGIO - De Regio Gooi en Vechtstreek (als uitvoerende samenwerkingsorganisatie van de gemeenten) bestaat 50 jaar. Al een halve eeuw wordt er, zonder dat je dat elke dag doorhebt, heel veel geregeld voor de bewoners van de gemeenten Blaricum, Eemnes, Gooise Meren, Hilversum, Huizen, Laren, Weesp en Wijdemeren.

door Sjoerd Stoop

"Je hebt meer met de regio te maken dan je denkt. Een voorbeeld: we halen het afval op. En als je met je kinderen naar het consultatiebureau gaat, dan heb je ook met een regiofunctie te maken", vertellen regiodirecteur Igor Meuwese en bestuurssecretaris Jaap Jan Bakker.

Waar begon de Regio vijftig jaar geleden mee?
"Het eerste wat we deden, en dat was ook echt de aanleiding om met de Regio te starten, had te maken met de enorme bouwopdracht waar onze regio en de rest van het land toen voor stond. Het was het staartje van de wederopbouw van ons land na de oorlog. Er moesten toen honderdduizend woningen per jaar gebouwd worden. De bestuurders van de regio vonden de Gooi en Vechtstreek toen wel vol genoeg. Ze stonden er niet om te springen om meer te gaan bouwen, ook vanwege de natuur. Ze werden op het matje van de minister geroepen. Die wees ons erop dat deze regio ver achterliep qua bouwopgave. Er waren wel wat plannetjes, maar die voldeden allemaal niet aan de gewenste aantallen woningen. De minister drong erop aan dat de Regio de problemen zou oppakken en zo was het samenwerkingsverband geboren."

Hoe is dat afgelopen?
"Er kwamen meerdere bouwprojecten, maar het eerste echte resultaat van de Regio zou je best wel de wijk Oostermeent in Huizen kunnen noemen. Daar begon het allemaal mee. Volgens de eerste plannen hebben de regiogemeenten samen 9.000 tot 10.000 woningen gebouwd. Met elkaar."

Het werd meer dan bouwen alleen?
"Er moesten ook afspraken gemaakt worden over hoe de woningen daarna verdeeld werden, zodat mensen van alle gemeenten er terecht konden. En daarnaast moet er gedacht worden aan het aanleggen van wegen, scholen, zorg en ga zo maar door."

'Zonder de Regio was een groot deel van onze natuur volgebouwd'

Wat gaat er nu anders dan toen?
"We hebben er gedurende de jaren heel veel meer bij gekregen. We doen nu van alles. De GGD en de GAD zijn misschien het bekendst, maar we zijn ook actief om samen met de gemeenten zaken voor te bereiden op het gebied van verkeer, recreatie, onderwijs, gemeenschappelijke inkoop, arbeidsmarkt, dierenwelzijn, sociale woningbouw en nog veel meer. Onze Regionale Samenwerkingsagenda bestaat uit 20 speerpunten."
Zijn er ook nog overeenkomsten tussen 50 jaar geleden en nu?
"Er wordt nu veel gesproken over gemeentelijke samenwerkingen en fusies. Dat hebben we destijds ook meegemaakt. Weesp heeft begin jaren zeventig een afweging gemaakt tussen Amsterdam en het Gooi. En dat gebeurt nu weer. Er wordt momenteel heel erg veel gedaan aan woningbouw en de bereikbaarheid van Amsterdam en onze regio en alles wat dit met zich meebrengt. Dat was toen ook zo. Dat is best grappig om te zien. De geschiedenis herhaalt zich."
Hoe had deze streek eruitgezien als de Regio niet had bestaan?
"Dan had het om te beginnen wel een hele wirwar kunnen worden van bouwplannen destijds. Dan was er veel meer hoogbouw geweest. En dan had een groot deel van onze natuur ongetwijfeld volgebouwd geweest. Allemaal omdat gemeenten dan hun eigen plannen zouden maken en er totaal geen structuur was geweest. En dat kun je verder trekken naar bijvoorbeeld de afvalstoffendienst. Dat hadden de gemeenten dan allemaal zelf geregeld moeten hebben. Afgezien van het feit of de gemeenten dat hele takenpakket zelf hadden aangekund, doen we het in de gezamenlijkheid een stuk efficiënter."

Hoe staat het er nu voor met de Regio?
"Volgens ons gaat het best goed. Dat komt omdat de gemeenten erg het besef hebben dat ze samen moeten werken om meer te bereiken. Samen staan we sterk. Op het gebied van wonen, voorzieningen, mooie natuur en dat soort zaken staat het er goed voor. Mensen wonen hier graag. Onze regio staat echt wel op de kaart. Natuurlijk, er kan ook nog veel beter. We moeten er de komende jaren hard aan werken dat onze regio het economisch gezien beter doet. Je merkt wel een groei. Daar moeten we hard aan trekken. Denk aan het creëren van meer werkgelegenheid."

Hoe ziet u de toekomst van de Regio Gooi en Vechtstreek als organisatie?
"Er wordt door de provincie toe gewerkt naar maximaal drie gemeenten. Bij drie gemeenten zal de Regio zijn meerwaarde houden. We zullen dan samen met die drie nieuwe gemeenten voor de bewoners heel veel doen, zoals we dat nu ook doen. Maar als er één Gooistad komt, dan zal de Regio zoals we die nu kennen ophouden te bestaan. Want in je eentje hoef je niet samen te werken. Maar: al die taken die de Regio nu uitvoert, moeten dan nog steeds uitgevoerd worden."

"Een organisatie als de Regio zal dus altijd nodig zijn. Misschien ooit vanuit één grote organisatie, maar vooralsnog op de vertrouwde manier: voor inwoners met gemeenten."