Historie van Bussum
Het stukje Spanderswoud dicht bij Bussum dat begrensd wordt door de Franse Kampweg, het fietspad Weg door 't kamp en de Bussumergrintweg was het buitengoed Kamphoeve.
Het is 32 hectare groot en het behoort grotendeels tot de gemeente Bussum; het kleinste deel behoort tot de gemeente Hilversum. Landheer Jhr. Mr. C. Dedel, die ook Schaep en Burgh bezat, was eigenaar van Kamphoeve. De gemeente Bussum wilde het landgoed in 1948 kopen om daar een nieuwe algemene (12 ha) en een nieuwe r.k. begraafplaats (5,5 ha) te ontwikkelen. Dat stond de provincie niet toe. Sinds de Natuurschoonwet 1928 had het de bestemming recreatie en natuurschoon. Het plan van de gemeente ging dus niet door. Enige jaren later, in 1950, kocht de gemeente alsnog de grond om het met het Goois Natuurreservaat (GNR) als natuurgebied te ruilen voor grond voor uitbreidingsplannen in het zuidoosten van Bussum. De prijs was lager dan in 1948, namelijk 60.000 gulden (€ 27.000).
Op het buitengoed was al lang een boerderij, de Kamphoeve. Rond 1900 zat daar boer Watten en in 1950 Jan Griffioen. Kleinzoon Jan Cees Griffioen schrijft: "Jan (mijn opa, met de bijnaam Jan Onweer) hield in 1950 op met boeren en deed de koeien over aan zijn oudste zoon Willem (mijn oom). Willem ging verder met boeren bij Krijnen (van Tijmen Poep en Jan Scheet) op de Landstraat. Daar heeft hij zijn vrouw leren kennen, Cornelia. Jan ging met Antonia (mijn oma) wonen op de Veldheimerlaan."
Later zijn in het Kamphoevegebied een parkeerterreintje en een trainingscentrum voor honden geweest. Een paar van de zestig bunkers uit 1918 liggen in dit gebied.
Klaas Oosterom, met dank aan Hans Jonker en Jan Cees Griffioen.
Afbeeldingen: coll. HKB.
