Het schip in 2015.
Het schip in 2015. Foto: Yannick uit den Boogaard

Scheepswrak Elisabeth Smit moet binnen zes weken weg, maar betrokkene wil naar de rechter

Algemeen

MUIDEN - Het scheepswrak - de voormalige driemaster - Elisabeth Smit en de vaartuigen erom heen, moeten weg uit de Vechtmonding bij Muiden. Dat besloot het college van burgemeester en wethouders vorig jaar al, maar de betrokkene - Pam van Lohuizen - diende bezwaar in. De onafhankelijke adviescommissie voor de bezwaarschriften heeft dat bezwaar nu ongegrond verklaard. Maar daar laat Lohuizen het niet bij zitten en hij wil naar de rechter stappen.

'Spookschip' Elisabeth Smit en de andere scheepswrakken hadden van de gemeente uiterlijk 1 februari 2020 al verwijderd zijn uit de Vechtmonding, maar dit werd door het bezwaar vertraagd. "Muiden wordt steeds mooier vanaf het land, het is tijd dat de entree van Muiden vanaf het water nu ook mooier wordt. Dit besluit maakt dat mogelijk. Samen met Rijkswaterstaat zorgen we ervoor dat het ook mooi blijft”, aldus wethouder Jorrit Eijbersen.

Vechten voor ligplek

Voor betrokkene Pam van Lohuizen is het behouden van de Elisabeth Smit niet de reden dat hij bezwaar heeft ingediend. "Van mij mag die boot weg, dat heb ik een half jaar geleden al gezegd. Hij is niet van mij, maar iedereen kijkt elkaar aan voor wie hem gaat opruimen. Dat schijnt twee ton te kosten. Ik wil wel zien uit welke pot ze dat gaan doen."

Lohuizen maakt zich vooral hard voor de ligplek van zijn witte klipper, die al 50 jaar achter de Elisabeth Smit ligt. De gemeente Gooise Meren stelt dat de Elisabeth Smit en alle schepen daaromheen al lange tijd illegaal in de Vechtmonding liggen en steeds verder in verval raken. Lohuizen: "De gemeente Muiden zei altijd dat ik hem mocht laten liggen. Half Muiden weet dat die er al sinds 1975 ligt. En nu zegt de gemeente sinds tien jaar dat ik daar illegaal lig."

Het college geeft Lohuizen nu zes weken de tijd om de schepen zelf te verwijderen, anders mag de gemeente de wrakken laten weghalen en de kosten op hem verhalen. Lohuizen geeft aan bezwaar te maken bij de bestuursrechter.

Uit de krant