Wilco Dekker en Sander Daems.
Wilco Dekker en Sander Daems.

'Afdaling vanaf top Mount Everest was het allerzwaarste'

Algemeen

BUSSUM / NAARDEN - Naarder Wilco Dekker en Bussumer Sander Daems stonden vorige maand allebei zeven minuten op de top van de wereld. Ze beklommen met gevaar voor eigen leven de gigantische Mount Everest. De wereld zag hoe druk het op de berg was; een foto van een file naar de top ging 'viral'. Hoe kijken ze terug op hun avontuur nu ze weer terug zijn in Nederland?

Hoe was het om op het dak van de wereld te staan?
Wilco: "Ik had met mezelf afgesproken dat ik echt bewust wilde meemaken dat ik op de top stond. Het hoogste punt van de aarde. Het was magistraal. Maar ik wist ook dat ik nog terug moest. Ik heb zeven minuten boven gestaan. Ik merkte dat ik een soort bevriezingsvlek op de linkerkant van mijn wang had en was bang dat mijn oogbol zou bevriezen. Net een klein driehoekje tussen zuurstofmasker, muts en bril was ontbloot en daar had de wind vat op gekregen. Het was min 22 graden en voelde daar als min 37. We gingen om 21.00 uur weg en wilden om 04.00 uur op de top staan. Dat werd 5.30 uur, gelukkig nog net voor de grootste drukte. Ik zag aan de andere kant van de berg, de zuidkant, een hele file."

Sander: "Ik was als zesde persoon van de dag op top, precies op het moment dat de zon opging. Wat een cadeau. Het uitzicht was prachtig en gaaf, maar op dat moment gaat alles traag. Je kunt je niet te druk maken, want dat kost zuurstof. En je weet dat 70 procent van de (dodelijke) ongelukken op de terugweg gebeurt. Ik wilde niet te euforisch reageren, ik wilde vooral mijn focus houden."

Hoe was die afdaling?
Sander: "We zagen mensen trillend als een rietje omdat ze zo bang waren. Je ziet namelijk de diepte tot wel 2.000 meter onder je. Het verbaasde ons dat het niet vaker fout ging. Er waren onderweg opstoppingen. Hoewel er maar tien mensen voor mij waren, moest ik vijf kwartier wachten voordat die tien mensen een trap waren afgegaan. Sommige mensen bevroren van angst, wisten niet hoe ze bepaalde passages moesten nemen en dat hield de boel op."

Hoe kijken jullie aan tegen de drukte op de berg?
Sander: "Er is afstemming geweest tussen de internationale teams over wie welke dag en welk tijdstip zou gaan. Maar doordat er een cycloon was, werd het normale weerpatroon verstoord. Er waren maar weinig mogelijkheden voor een toppoging. Je hebt drie dagen met goed weer nodig. Tussendoor waait het gewoon te hard, tot wel 100 kilometer per uur - dan kun je gewoon de berg af waaien. Een paar dagen voor onze poging waren er 160 tenten weggewaaid."

Zijn jullie veel samen geweest?
"We zaten af en toe samen in een tentje. We hebben elkaar goed leren kennen en respecteren elkaar. Ook onze vrouwen hebben elkaar opgezocht, omdat ze toch hetzelfde meemaakten. Het eerste gedeelte van de klim zijn we samen geweest. Inhalen was moeilijk, maar Sander lukte het op een gegeven moment iemand in te halen waardoor onze wegen uit elkaar gingen. We vonden het prettig dat we samen liepen, als een soort extra back-up. Wij hadden elkaar zeker geholpen als het nodig was."

Is de voorbereiding goed geweest?
Wilco: "Ik wist dat ik genoeg had getraind. Toch zijn er altijd factoren waar je geen rekening mee houdt. Qua fysiek, mentaal en kleding was ik helemaal op orde, maar ik kreeg problemen met mijn zuurstoffles. Mijn fles lekte en was twee uur eerder leeg dan gepland. Ik wist dat we binnen 18 uur terug moesten zijn omdat dan mijn zuurstof op was."

Sander: "Al met al heb ik vooral het risico dat je eigenlijk neemt en de situatie met de zuurstofflessen zwaar onderschat. Maar mijn voorbereiding was goed; ik had heel veel gewandeld met een rugzak op. Ik heb alleen bij de afdaling last gehad van mijn benen. Als je weggaat weet je dat je een eind moet. Maar ik dacht: zolang ik de ene voet voor de andere zet, red ik het wel. "

Wat heb je tijdens dit avontuur geleerd?
Wilco: Dat je meer kunt dan je van tevoren denkt. We hebben ons -achteraf gezien - wel in een positie gemanoeuvreerd die echt gevaarlijk is geweest. Het had zomaar fout kunnen gaan. Boven de 8000 meter kom je in de 'zone des doods', daar zit maar heel weinig zuurstof in de lucht. Je eet en drinkt veertig uur niets, maar toch gaat dat lijf maar door. Ik heb door deze ervaring ook geleerd kleine dingen meer te waarderen, zoals een bed, een toilet en een douche."

Wat heb je gemist?
Sander: "Ik miste een constante temperatuur. Je hebt het niet door, maar als 's morgens de zon op je tent brandt wordt het zo 38 graden. Verdwijnt de zon achter de wolken, dan is het min 5 graden. Overdag kan het zelfs binnen een half uur omslaan van 30 graden in de zon naar min tien. Dat is voor je lichaam, met zweten en opwarmen, erg vermoeiend. En wat ik ook miste was het eten. Alles smaakte zo vlak, ik miste enorm iets van variatie. Dagelijks maakten we grappen zoals 'lekker naar de Beo' (snackbar in Laren -red.)."

"Ja," lacht Wilco, "als ik al dacht aan roomijs dan moest ik watertanden."

Hoe gaat het nu met jullie?
Wilco: "We zijn erg moe, je lichaam is zo ontzettend toegetakeld. En verder heb ik last van mijn teennagels. Bij de afdaling drukken je tenen in je schoenen en ontstaan er problemen. Ik ben 8 kilo afgevallen en Sander 10 kilo. En ik heb in de laatste week terug in Kathmandu buikklachten gekregen waar ik beroerd van was. Ook op de berg is de lucht ontzettend droog. Je longen worden schraal, iedereen blijft hoesten en het gevoel houden van scheermesjes in je keel."

Sander: "Ik ben vooral nog wat van slag. Een soort disconnectie tussen je fysieke en mentale gesteldheid. Je hebt zo veel meegemaakt en in de zone des doods krijg je niet alles helder mee. Ik kom niet altijd uit mijn woorden, ik haper. Het is alsof ik mezelf daar weer zie lopen, heb stukken niet bewust meegemaakt. Ze zeggen dat het twee maanden duurt voordat je weer 'landt'. Als ik een goede maat zie, kan ik zomaar in tranen uitbarsten omdat de emotie eruit moet."

Kijken jullie met een goed gevoel terug?

Wilco: Ja, ik ben heel voldaan en het besef moet nu langzaam komen. Ik heb ook nog eens 8848 euro - gelijk aan de 8848 meter hoogte van de berg - opgehaald voor Artsen zonder Grenzen. Ik ben daar blij mee. En ik dank iedereen die met ons heeft meegeleefd."

Sander: "Dit was zo veelomvattend, hier kunnen wij lang op teren. Ik zal op 29 juni tussen 19.30 en 21.30 uur een lezing over mijn ervaringen geven in de klimhal in Bussum. Wie hier bij wil zijn, nodig ik uit zich aan te melden door mij te mailen op everestdaems@gmail.com.

Uit de krant